Na vele bergpassen en diverse landen besloot Kim in de zomer van ’25 met haar man en kinderen de vakantie door te brengen in Zuid-Zweden. In dit uitgebreide blog deelt ze haar ervaringen, mooie foto’s en geeft ze tips voor een fijne tijd in Zuid-Zweden vol natuur en avontuur.
Laten we maar meteen met de deur in huis vallen: je gaat niet naar Zweden om bergkammen te bewonderen. Maar… Dát wat je aanspreekt aan een vakantie in de bergen – het opgaan in de natuur, de vergezichten, de eindeloze wandelopties – is wel degelijk te vinden in Zweden. Weliswaar geen pieken en dalen in de hoofdrol, maar meren, bossen en ruige kustlijn. Jij weet dat je niet alle bergen gezien hebt als je er één gezien hebt. Zo is dat ook met een Zweeds meer: het aangezicht is altijd weer verrassend en bijzonder.
Na een reeks zomers met uiteenlopende bergpassen in verschillende landen, reisden we afgelopen zomer af naar Zuid-Zweden. Om precies te zijn naar het gehucht Sundslatt bij het dorpje Urshult, maar veel belangrijker om te vermelden: bij het Åsnen meer. Hoe hard je ook je best doet om dat meer te omzeilen – niet dat je dat zou willen, maar stel – bij elke wandeling sta je vanzelf toch weer een keer oog in oog met dat prachtige meer.
Het Åsnen meer ligt in de regio Småland in het zuiden van Zweden. Het meer kent 700km aan oeverlijn en herbergt meer dan 1000 eilanden. Daarmee kun je het een binnenlandse archipel noemen.
Zo’n driekwart van het meer is onderdeel van het Åsnen nationale park, wat sinds 2018 het jongste nationale park van Zweden is. Het park beschermt onder andere oeroude beukenbossen, uitgestrekte moerasgebieden, en biedt een glansrijke bijrol voor de mosrijke bodembedekking in de vele bossen die het park rijk is.
Wij verblijven in een typisch rood geschilderd huisje op een zeer ruim perceel (met trampoline, moestuin, zandbak, terras en nog veel meer leuks) dat we verhuren via Airbnb. De eigenaren verblijven in een eigen huis op hetzelfde terrein, maar zijn toevallig zelf op vakantie als wij er zijn. En eerlijk is eerlijk, ik maak me net wat minder druk als een van de kinderen te hard schreeuwt. We hebben ook prachtige campings bezocht wanneer we gingen zwemmen of een bootje gingen huren (zie einde artikel voor een kort overzicht hiervan).
Nadat we ons hebben geïnstalleerd in het huis en de volgende ochtend na een goede nachtrust op het terras buiten ontbijten (wat we, for the record, elke ochtend hebben gedaan. Scandinavisch weer hoeft niet slecht te zijn…), smeden we een plannetje voor de dag. We besluiten het Åsnen nationale park te betreden via de ingang Bjurkårr. Vanuit de parkeerplaats loop je eerst via een pad richting het meer alvorens je kunt kiezen uit twee routes. Wij lopen de middellange rode route, wat een lusje is van 5,2 km. Het is overal zo groen, weelderig en het meer piept constant tussen het groen door.
De volgende dag was een kind niet super fit, dus we besluiten niet te gaan wandelen, maar iets rustigers te ondernemen. We zijn geïntrigeerd door de beschrijving van een autokerkhof in het bos nabij Tingsryd. Het Bilkyrkogården Kyrkö Mosse stelt niet teleur. Het is een surreële ervaring. De auto’s zijn decennia geleden achtergelaten en de natuur heeft de naar schatting 150 autowrakken compleet overwoekerd. Je mag er vrij wandelen, maar je moet goed oppassen voor uitstekende scherpe materialen en glasscherven. We lopen zo’n uur gefascineerd tussen de autowrakken, terwijl we bedenken wat het verhaal is van elke verwaarloosde auto. Waarom en door wie werden ze achtergelaten?
Op de terugweg stoppen we bij de aanlegsteiger in Urhsult. Er is een klein speeltuintje, er zijn picknicktafels en je kunt via een trapje vanaf de aanlegsteiger zwemmen in het Åsnen meer. We lunchen, spelen wat en wagen ons af en toe aan een teen in het koude meer.
De volgende dag is iedereen weer fit en gaan we naar het natuurreservaat Lunnabacken, wat slechts op 10 minuten autorijden van ons huisje ligt. We lopen een route van 4 kilometer vanaf het parkeerterrein en eindigen bij café Kurrebo. Hoewel de hemelse taartjes van Kurrebo al meer dan de moeite waard zijn van het bezoeken, is de wandeling zelf ook prachtig. Het bos doet sprookjesachtig aan door de groene weelderigheid en de laaghangende takken. Telkens lonkt het meer om even stil te staan en haar aanblik te bewonderen.
Op dag 4 wandelen we door het Agnäs naturreservat, wat op een landtong ligt in het Åsnen meer. We lopen een aangeduide route van zo’n 4 kilometer. Het start- en eindpunt ligt in het met mos begroeide bos en uiteraard laat de route je over de landtong naar het meer lopen. Ondanks dat we het meer nu al van vele kanten hebben bekeken, kan ik je geruststellen: het uitzicht verveelt nog steeds niet.
De kinderen willen nu weleens dat meer op, en die wens maken we de volgende dag waar door een bootje te huren via de receptie van camping Urshult. Via een aanlegsteiger vanuit een klein zandstrandje op de camping gaan we met roeispanen in de weer. Het is even stuntelen geblazen in het begin, maar als de dag voorbij is, hebben we het enigszins onder de knie. De boot is ook niet omgeslagen, ik zeg: geslaagd! Het is ook fijn even een-op-een met een kind in het bootje rond te dobberen, terwijl de anderen zich prima vermaken met emmertje en schep op het strandje.
Al met al heeft Zuid-Zweden ons niet teleurgesteld. Wil je echt per se naar de bergen, dan kun je beter uitwijken naar buurland Noorwegen, maar is het buitenleven wat je aanspreekt, dan kan Zweden ook je zintuigen maximaal prikkelen.
Pssst, wij reisden naar Zuid-Zweden via het eiland Møn in Denemarken, waar we enkele dagen doorbrachten. Daar ga je niet naartoe vanwege spectaculaire bergpassen, maar ook Møn kan je nog weleens verrassen. En omdat we de beroerdste niet zijn, lees je daar binnenkort alles over in een nieuw blog.
Wij verbleven in een zeer typisch Zweeds huisje, wat puur toeval, ook in dit Volkskrant artikel centraal staat.
Als je liever op een camping staat, dan zijn Mjölknabbens Camping (met Amy’s café) en Urshult camping beide prachtige opties. Ondanks dat Kärrasands Camping wordt getipt vanwege het beste zandstrand, vonden wij het daar druk en (te) luidruchtig.
Nogmaals, wij hebben geen spat regen gevoeld, maar mocht je minder geluk hebben dan wij, dan zijn er ook leuke binnenactiviteiten:
Vanaf Utrecht is het het Åsnen meer in Zuid-Zweden circa 1.016 kilometer.
We hebben nog veel meer tips voor fijne vakanties in Zweden en Noorwegen. Kijk hieronder voor meer inspiratie.
Wij zijn Kim en Frank en bergen zijn alles voor ons. We leerden elkaar in het begin van onze relatie kennen door op avontuur te gaan in de Alpen, woonden samen drie jaar in de Rocky Mountains en nemen onze 3 zoons (3, 6, 8 jaar) wanneer maar kan mee op avonturen in de bergen. Het buitenleven, actief bezig zijn en samen tochten volbrengen in de buitenlucht, is wat ons altijd weer terugbrengt naar een vakantie in de bergen.
Dit blog is een gastbijdrage. Ook kunnen in dit blog affiliate links staan. Boek je via zo’n link, dan betaal jij niks extra maar ontvangen wij een kleine vergoeding. Hiermee hopen we je in de toekomst bergen reisinspiratie te kunnen blijven geven. Veel dank dus als je een boeking maakt via zo’n link!
Na geïnspireerd te zijn door het Mullerthal blog op Kidsindebergen besloot Kim met haar gezin zelf af te reizen naar het Luxemburgse Mullerthal. In dit uitgebreide blog deelt ze haar…
Skigebied Belalp is een klein maar geweldig skigebied voor families met kleine kinderen die net kunnen skiën of dit nog moeten leren. Het gebied bestaat uit 60 kilometer zeer vriendelijke…
Als er een plek was in de Alpen waar ik in de winter veel kwam was het Ischgl wel. Met name langer geleden, nog voor we kinderen hadden. De combinatie…